Braden

Haal het vlees zo’n 30 minuten voor het braden uit de koelkast en dep het droog met wat keukenpapier. Kruid het vlees naar smaak.

Verhit boter of olie in een braadpan met dikke bodem. Als de boter niet meer bruist legt u het vlees (geschikt voor braden, bijvoorbeeld een rollade of kippenbout) in de pan. Braad het vlees aan alle kanten lekker bruin. Bij dit aanbraden schroeit het vlees dicht, waardoor het de sappen behoudt. Dreigt de boter tijdens het aanbraden aan te branden, voeg dan wat extra boter toe, nog geen vocht.

Pas ná het aanbraden is het tijd om wat vocht toe te voegen (warm water of bouillon), waarna het vlees verder gaart op lager vuur, met het deksel half op de pan. Na het aanbraden kan het vlees ook in de oven worden gezet om verder te garen.

Keer het vlees regelmatig en giet dan eventueel ook wat braadvocht over het vlees.

De totale bereidingstijd (dus wanneer het vlees gaar is) is afhankelijk van de vleessoort, de dikte van het vlees en het gewicht. Gebruik eventueel een kernthermometer om te bepalen of het vlees binnenin helemaal gaar is. Meten is weten!

Wilt u weten welk vlees geschikt is voor de braadpan? Vraag het onze medewerkers in de winkel, ze vertellen u graag meer.